Querido/CPNB
Maartje Kuiper
‘Ik ben Atlanta. Ik ben elf. En stel dat het ook maar een klein beetje aan mij ligt, dan blijft mijn moeder leven’. We leren het meisje kennen aan het begin van haar fietstocht, die ze onderneemt als bezwering tegen de ziekte van haar moeder. Over twee dagen komt de cruciale uitslag en thuis zitten haar ouders een beetje te zitten: ‘Ze houden hun adem in en wachten’.
Atlanta moet laten zien hoeveel het haar kan schelen. Dat heeft ze de afgelopen maanden te weinig gedaan. Ze probeerde zo weinig mogelijk thuis te zijn en ging niet mee naar het ziekenhuis. Sinds haar moeder ziek is, staat de hele wereld vol haaientanden, de witte driehoeken die zeggen dat je voorrang moet geven. Die afschuwelijke ziekte krijgt altijd voorrang. Daarom had ze achteraf altijd weer spijt dat ze aan haar filmavonden en zeiltochten met vriendinnen de voorkeur gaf.
En daarom onderneemt ze nu een fietstocht, over de Afsluitdijk naar Friesland. En botst ze op de eerste pagina keihard tegen een jongen aan. Want zo gaat dat in de boeken van Anna Woltz. Daarin ontmoeten eigenzinnige jongeren elkaar toevallig, en meestal ontstaat er dan iets moois. Een bijzondere vriendschap met een vleugje liefde. Dat is het recept Woltz en dat is in dit Kinderboekenweekgeschenk niet anders. Gelukkig maar, want het gaat ergens over en leest als een tierelier. Al zijn we onderhand wel nieuwsgierig wat Woltz nog meer in haar mars heeft.
De jongen heet Finley en heeft ook wat te verhapstukken met zijn ouders. Zijn moeder liet weten hem liever niet te hebben gekregen, nadat hij iets uithaalde op school waarbij hij haar niet te zuinig voor schut zette. Hij heeft de haaientanden bij zich die zijn moeder geluk brengen. Lekker puh, want ze moet morgen haar rijexamen doen.
Na wat strubbelingen ondernemen Atlanta en Finley (ze hadden ook best Marieke en Dennis mogen heten) samen de fietstocht, overnachten in een vogelhut en maken elkaar en de lezer duidelijk wat ze bezighoudt. Daarmee wordt het weer zo’n typisch en fijn psychologisch Anna Woltz-verhaal, dat ze zonder problemen binnen de 100 bladzijden weet te houden. Over pre-puberproblemen, je zelf gek maken met je eigen gedachten en het invullen van wat anderen over je denken. En over ouders die het beste voor hebben maar er soms een potje van maken. Daar gaat het ook bijna altijd over bij Woltz.
Het werd tijd dat Anna Woltz gevraagd werd om het Kinderboekenweekgeschenk te schrijven, en het is meteen het beste geschenk van de afgelopen jaren.