close
Dé recensiesite over jeugdliteratuur
8+Leeftijd

Wat is er mis met een teentje minder

Bibi Dumon Tak Laat een boodschap achter in het zand Poëzie
Querido
Annemarie van Haeringen
Waardering: 9.0

De okapi vindt het niet eerlijk. Waarom mogen de onevenhoevigen niet in dit boek? Een hoefdier is toch een hoefdier. Hij richt zijn schrijven aan de redactie die in het antwoord stelt dat er geen sprake is van discriminatie. ‘Wij maken geen onderscheid in / geur of kleur/ aard van de beharing / horens of gewei / verblijf op steppe, rots of zand, / maar wij tellen wél het aantal tenen.’

Van de evenhoevigen, met een even aantal tenen,  zijn er ongeveer 200 en alleen zij komen in aanmerking voor dit boek. Al strijkt de redactie met de hand over het hart en mag de onevenhoevige tapir een spreekbeurt houden over evenhoevigen. Soms zou hij er ook wel één willen zijn maar dan moet hij van iedere poot een teen afknippen. Dat is wat al te gek.

Bibi Dumon Tak wijdt haar eerste poëziebundel aan evenhoevigen, dieren met twee of vier tenen. Van de giraf (‘Dag wandelende uitkijktoren in je pyjama van blokjes hout’) tot de daedon (‘wat zijn muil vermalen kon verdween naar binnen’). Nonfictie-poëzie noemt ze het zelf; gedichten en verzen over dieren is ook een prima definitie. Want over dieren gaat het, dat kan bijna niet anders bij Dumon Tak. Ze heeft nonfictie (in haar geval over dieren) voor kinderen op de literaire kaart gezet en krijgt daarvoor dit jaar de Theo Thijssenprijs. Niet louter blijven doen waar ik toch al goed in was, moet Dumon Tak hebben gedacht, en ze probeerde iets nieuws uit. Wat een prachtig toeval dat dit samenvalt met de toekenning van deze oeuvreprijs.

Gedichten over dieren met tussen de regels door wetenswaardigheden. Bijvoorbeeld in het geval van de Pyrenese steenbok waarover ze meldt dat het dier is uitgestorven. De allerlaatste kreeg een omgewaaide boom op zijn kop: ‘de Capara pyrenaica is bij dezen op.De oryx was er ook bijna niet meer maar er zijn er drie in het wild uitgezet en nu is hij terug van weggeweest.’ Dumon Tak is altijd sterk geweest in het focussen op details en kenmerken van dier. Ze doet gedegen research, maakt een keuze en neemt de lezer daar in mee. Geen verstikkende informatiedichtheid maar inzoomen op interessante gegevens. Dat is bij haar poëzie niet anders. Het sterke hart van de giraf dat het bloed door die lange nek moet pompen. De vicuña die als een van de weinige dieren in de ijle lucht van het hooggebergte kan overleven. In een enkel geval neemt ze de lezer mee in haar onderzoek zoals bij de kantjil. Ze somt de weinige gegevens op die over het kleine dier op Wikipiedia zijn te vinden en vervolgt met: ‘Dat is alles over jou , kantjil, een vette witte pagina / met daarop een piepklein fotootjes en verder niets, / dus weet je wat? / we vinden zelf wel iets’. 

Dumon Tak kiest vooral voor toegankelijke vormen en dat maakt de bundel een feest van lichtvoetige afwisseling. Een overlijdensbericht, een radio-interview, een (wat minder geslaagde) whatsappconversatie en ga zo maar door. Vrijwel altijd past de vorm bij de inhoud en voelt het als een bewuste en geslaagde keuze. Bij de wilde kameel is een contactadvertentie volkomen logisch. Er zijn er niet zoveel meer van en hij komt in de Gobi woestijn niet zo snel andere dieren tegen. De titel komt ook uit dit gedicht:  Op deze manier kan de dichter het beste overbrengen wat ze bedoelt, dat voel je als lezer. Het is geen mooidoenerij: ‘mag ook een hele harem zijn. / Tam niet gewenst,  / (want teveel vermenst). / Ben jij , of zijn jullie, de ware(n)? / Laat dan een boodschap achter in het zand. / We zijn nog maar met duizend, / het is zo stil en leeg hier / en mijn ♥  hart staat al te lang in brand.

De samenwerking met Annemarie van Haeringen is nog niet eens genoemd. De openingsprent van de giraf is meteen al een juweeltje. De subtiele rode laarsjes, het trappetje tegen de nek, het ingenieuze radarsysteem dat het bloed door die lange nek moet pompen. Zo lang dat de kop niet op de pagina past. Weglaten is ook tekenen. Dat komt het mooist naar voren in de al bijna weggegumde oryx, die leek immers uitgestorven. Er is logischerwijs minder eenheid in de samenwerking dan in het subtiele Siens hemel. Ieder gedicht gaat met de illustratie een ander symbiose aan. Mijn favoriet is die wanneer het nijlpaard op de radioverslaggever (een dikdik) is gaan zitten, het microfoonsnoer bungelt uit zijn bek.

Een schitterende cover ook, giraffevlekken in de vorm van evenhoevige dieren. De kroon op een prachtige bundel. 2018 is nu al een sterk jeugdpoëziejaar (dit is de derde 9 voor poëzie op JaapLeest dit jaar), dat is wel eens anders geweest. De Grifeljury heeft weer wat te kiezen.

 

 

 

Tags : Andere landenDieren en natuurFantasieKinderboekPoëzieVoorleesboekWeten en leren