Querido
Naar de rand van de wereld begint met het herdenken van de Kering. Dat is het moment waarop de mensen bedachten hoe de wereld er uit moest gaan zien na de Chaos en Crisis . In die oude tijd was er sprake van ongelijkheid omdat niet iedereen dezelfde toegang had tot kennis en bovendien leefden de mensen alsof ze alleen op de wereld waren en behandelden ze dieren slecht. Dat is na de Kering veranderd; de kinderen uit het dorp zijn opgegroeid in dit nieuwe regime waarin ze niet bij hun ouders wonen en op een bepaalde leeftijd over de dorpen worden verspreid. Ze weten niet beter dan dat ze geen kennis mogen bezitten die anderen niet hebben en dat er bij overtreding streng wordt gestraft. Hun realiteit is dat ze hard moeten werken en vaak honger hebben.
Dirk Weber schreef een boek dat je een ‘dystopische roman’ zou kunnen noemen al is dat ook maar een term en of hij in dit geval helemaal de lading dekt? Naar de rand van de wereld is een maatschappelijke jeugdroman, zoals eigenlijk al het werk van Weber dat is. Hij kiest telkens voor een andere verpakking en dat valt alleen maar te prijzen. Een dystopie is naar de letter van de definitie een denkbeeldige samenleving die erg onaangenaam is, het tegenovergestelde van een utopie. Het verhaal gaat inderdaad grotendeels over een groepje kinderen dat wegloopt van een situatie die niet al te aangenaam overkomt. Maar ze hebben alle vijf andere motieven die er niet alleen op zijn gebaseerd om aan de ellende te willen ontsnappen. Dat maakt Naar de rand van de wereld interessant en gelaagd. Weber voert sterke karakters op die zich ontwikkelen en allesbehalve eendimensionaal zijn. Een lange en enerverende zoektocht leidt naar een verrassende climax waarna de lezer enigszins in verwarring en met tal van vragen achterblijft. En is dat niet juist wat goede literatuur vermag?
Naar de rand van de wereld is pas het vijfde boek van Dirk Weber nadat hij in 2005 debuteerde met Kies mij! Een auteur die zich enigszins bescheiden ophoudt aan de zijlijn van het Nederlandse kinderboekenlandschap maar voor zijn kleine en secure oeuvre al twee Zilveren Griffels, een Vlag en Wimpel en de Thea Beckmanprijs in ontvangst mocht nemen. Geen veelschrijver maar iemand die naast een fulltime baan in de overgebleven tijd gestaag werkt aan een nieuw boek.
Zijn werk straalt rust en zorgvuldigheid uit en dat geldt ook voor Naar de rand van de wereld. Het is heel precies geschreven, met fraaie dialogen en mooie beschrijvingen, al wekt de hoeveelheid metaforen (meestal met dieren) bevreemding op. De rechter is vriendelijk en rustig ‘als een moederhond met puppy’s’ en de bewoners van het dorp blijven achter als ‘samengeschoolde schapen zonder hond’. Metaforen zijn geslaagd als ze iets toevoegen en de vraag is of dat hier het geval is.
De wegloopactie is aanvankelijk niet eens zo spannend of avontuurlijk, daarin schuilt niet de kern van het verhaal. Interessanter is het onderling wantrouwen en de beweegredenen van kinderen. De aanleiding van de vlucht is een meedogenloze straf die twee kinderen kregen nadat ze verboden kennis deelden. Een van de ‘vluchtelingen’ weet daar te veel van, een ander wil hem juist terughalen, een derde wilde sowieso al weg. Die differentiatie maakt het boeiend, de kinderen blijken helemaal niet zo gelijk te zijn als de stichters van de nieuwe wereld misschien voor ogen hadden. Ze hebben hun eigen opvattingen, eigenschappen en dromen en die komen tijdens de vlucht, die steeds spannender wordt, en aan het slot van het boek, uitgebreid aan bod.
Een van de kinderen weet dat er ergens misschien een wereld is waarin het er heel anders aan toe gaat maar ze hebben geen idee hoe dat zal zijn. Weber voert dat heel consequent door: de kinderen hebben geen vergelijkingsmateriaal en kennen niks anders dan hun eigen wereld, hun eigen leven. Dat doet denken aan bijvoorbeeld een regime als dat van Noord-Korea waar de inwoners ook nauwelijks op de hoogte lijken van verworvenheden elders. Het systeem is gebaseerd op controle en angst, maar ook op zekerheid en duidelijkheid.
Kunnen mensen die opgegroeid zijn in zo’n strak systeem een andere manier van leven aan, en willen ze dat eigenlijk wel? Zie de problemen die veel inwoners uit voormalig Oost-Duitsland kregen met de vrijheden. Er is zelfs sprake van terugverlangen naar het dictatoriale regime en dat is voor veel Westerlingen onbegrijpelijk. Weber brengt een paar interessante dilemma’s naar voren, over de ideale samenleving en de manier van omgaan met elkaar. Is luxe en vrijheid belangrijk of zijn dat juist de mensen en manier van leven, waar je aan gewend bent? Of iets daar tussenin.
Het einde had meer uitgewerkt kunnen worden maar voor deze keuze valt ook veel te zeggen omdat het tot nadenken aanzet. Naar de rand van de wereld is een boek dat ik meteen nog een keer wilde lezen om te bestuderen wat er nou eigenlijk precies is gebeurd en gezegd. Niet omdat het onduidelijk is maar omdat ik terug wilde in de hoofden van de kinderen om hun keuzes te begrijpen. Ook dat hoort bij goede literatuur.