close
Dé recensiesite over jeugdliteratuur

Drie prentenboeken van Nederlandse illustratrices

Drie prentenboeken van Nederlandse kinderboekillustratrices met die tussen de vijf en tien jaar actief aan het publiceren zijn. Marieke Nelissen, Linde Faas en Sanne te Loo zijn redelijk bekend maar ook nog bezig hun naam te vestigen en op zoek naar een eigen stijl en handtekening. Zelfstandig een prentenboek maken is nog wel even wat anders dan illustraties voor een ander aanleveren. Drie aardige boeken maar geen uitschieters of stijgende lijn, en dat stelt toch een beeetje teleur.

Afbeeldingsresultaat voor zeven manieren om in slaap te vallen

Zeven manieren om in slaap te vallen dingt mee naar de mooiste cover van het jaar. Wat een majestueus beeld. Waarom er zeven manieren zijn om in slaap te vallen? ‘Zeven is een mooi getal! Ik zal ze allemaal even noemen; misschien kende je ze al’, dicht Theo Olthuis in het prentenboek waarvoor Marieke Nelissen de prenten maakte. Een willekeurige reden dus, het hadden er ook vier, vijfentwintig of drieduizendachtentachtig kunnen zijn. Meteen op de eerste pagina de urgentie onderuithalen in een matig geformuleerde zin, met een lijdende vorm en het onnodig gebruik van het woord even.

‘Op je rug of op je buik en dan weer op je rug, maar wél achterstevoren. Neem je kussen mee, want waar altijd je tenen liggen, liggen nu opeens je oren!’ Dat leest al  een stuk lekkerder. Het vers van Olthuis heeft niet al te veel om het lijf. Dan weer op je zij, je omdraaien naar de andere kant of opgeregeld als een egeltje. Inderdaad, die manieren om op een bed te liggen, kenden we al. Maar of ze helpen om in slaap te komen?

De schaarse tekst geeft Marieke Nelissen veel ruimte om een eigen verhaal te vertellen. Ze pakt het aanvankelijk vrij conventioneel aan. Een jongetje gaat in bed liggen met een hele kudde aan knuffels om zich heen.  Vervolgens verplaatste ze hem naar diverse omgevingen: de woestijn, de zee, de jungle, waar zijn knuffels een rol spelen bij het in slaap vallen. Het levert fantasievolle taferelen op met een paar pachtige prenten als uitschieters. Het jongetje dat aan de man hangt en door een walvis omhoog wordt gespoten. Daar is Nelissen op haar best. Als geheel zitten er teveel mindere illustraties bij om te overtuigen. De gezichten zijn karikaturaal, wat hebben veel illustratoren toch een moeite met het tekenen van gezichten,  en op veel prenten blijft het bij een idee. Maar de coverprent is er eentje om in te lijsten.

Zeven manieren om in slaap te vallen – Theo Olthuis en Marieke Nelissen, uitgeverij Hoogland & Van Klaveren, 4+ – cijfer: 7,0

Afbeeldingsresultaat voor ik neem je mee linde faas

Niet het liedje van Gers Pardoel maar een verhaal over een ziek jongetje dat door een meisje in een fantasievolle wereld wordt getrokken. Met een enorme ballon en heel veel tekeningen opent ze voor het jongetje venster Het is het eerste zelfstandige prentenboek van Faas, die vooral bekend is van haar boekillustraties voor Pieter Koolwijk en andere auteurs van uitgeverij Lemniscaat. Het tektstloze verhaal vertelt zichzel en laat veel ruimte open. Faas heeft zo’n vegerige stijl waardoor de prenten iets lekker rommeligs krijgen, niet keurige en stilistisch en binnen de lijntjes.

Ik neem je mee is een kleurig en lief avontuur. Een meisje dat zo goed voor haar vriendje zorgt en hem meetrekt in de verbeelding. Zonder de drama van het ziek zijn uit te vergroten. Een ode aan het de vrije loop laten van je fantasie en samen kleuren en tekenen. Dan kun je overal naar toe, ook als je aan bed bent gekluisterd. Het komt samen op de laatste prent waarop de slaapkamer met tekeningen is behangen. Faas tekent uitbundig en kleurrijk en voor peuters is dit een heerlijk boek, er valt veel te zien en te beleven. Bezwaar is dat er niet echt een eenheid wordt gevormd, de tekeningen staan op zich. Ik neem je mee voelt aan als een verzameling losse prenten, gebundeld in een boek.

Ik neem je mee – Linde Faas, uitgeverij Lemniscaat. 2+. Cijfer: 7.5

Afbeeldingsresultaat voor ieber en knoert

Te Loo won verrassend een zilveren griffel voor het eigenzinnige Dit is voor jou. Ieber & Knoert is uit heel ander hout gesneden. Twee blauwe monsterachtige wezens met een vriendelijke uitstraling en hoekige tanden leven samen in een grot op een steppe. Ieber is teleurgesteld als Knoert de vogel die hij heeft gevangen zomaar loslaat en neemt min of meer wraak. Hij laat op zijn beurt de cactus uit de grot van Knoert vrij maar heeft daar ook al snel spijt van. Gaat de cactus het wel redden?

Te Loo is consequent in haar kleurgebruik, de blauwe monsters vallen op tussen het bruin de grotten. De prenten zijn opgebouwd uit vlakken, waardoor het een soort collages lijken. Het is even wennen aan die gekke wezens maar ze zijn eigenlijk best leuk en ik kan me voorstellen dat kleuters ze omarmen. Toch mist er in het boek te veel. Te Loo viel in haar andere boeken op door de inhoud. Ze heeft duidelijk iets te vertellen. Het verhaal van Ieber & Knoert is nogal eendimensionaal. Het gaat over eerlijkheid en het achter houden van de waarheid, maar dat is dun uitgewerkt. Het eind is verrassend maar ook wat gemakkelijk.

Ieber & Knoert – Sanne te Loo, uitgeverij Hoogland & Van Klaveren, 4+. Cijfer 7.0