Bambi denkt dat ze meedoet aan een real life tv-programma, het zusje van Big Brother. In werkelijkheid is ze in de porno-industrie terecht gekomen en in handen gevallen van meedogenloze criminelen. Ze wordt uitgebuit en misbruikt en ze is ook nog eens het snoepje van de week omdat ze nog maagd is. Natuurlijk ontbreekt de gevoelige lijn niet. Het jongere zusje van Bambi is gestikt door een longziekte en zij rekent zich datzelf nog altijd aan. Ook omdat het de scheiding van haar ouders in een stroomversnelling bracht. Deze gegevens brengen geen gevoel in het verhaal, zoals beoogd. Het is een verhaal in de sfeer van loverboys, internetporno en gedwongen prostitutie, waar de laatste jaren meer jeugdboeken over verschijnen. Maar niet zelden zo weinig subtiel als Big Sister Live. Bambi is zo naief dat het geloofwaardigheid vanaf het begin ondermijnt. Ze wil maar niet begrijpen in wat voor hel ze is terecht gekomen, terwijl het bijna op de muren staat geschreven.
Big Sister Live is in het geheel niet confronterend omdat het zo enorm over de top is. Bij Van Rhijn ontbreekt iedere vorm van subtiliteit, de zinnen en gebeurtenissen zijn vooral grof en lomp. Het roept niks op, het is niet spannend en feitelijk gaat het nergens over. In ieder geval niet over de heftige en realitische thema’s, waar het over zou kunnen gaan. Maar niet lezen dus. Het blijft verbazen dat Uitgeverij Pimento boeken van zulke wisselende kwaliteit uitbrengt. Pareltjes als Verhalen voor de vossenbroertjes naast dit soort pulp.
Big Sister Live
Patrick van Rhijn
