Leopold
Tussen Charleston en de rest van de wereld zijn grote verschillen. Verschillen die Angelica graag wil overbruggen maar ze weet niet hoe ze dat aan moet pakken. Angelica, dochter van Vanessa Bell en het nichtje van Viriginia Woolf, is de hoofdpersoon in het tweede boek van Rindert Kromhout over de Bloomsbury groep.
April is de wreedste maand is min of meer het vervolg op het indrukwekkende Soldaten huilen niet waarvoor hij een Gouden Lijst en de Thea Beckmanprijs ontving. Hij was nog niet klaar met Virginia Woolf en haar familie. Het eerste deel is geschreven vanuit het perspectief van Quentin Bell, de zoon van Vanessa Bell, de zus van Virginia Woolf. April is de wreedste maand is niet zozeer een vervolg als wel een synchrone vertelling, maar nu vertelt zijn jongere zusje Angelica het verhaal. Een cruciaal verschil omdat Quentin een geweldige jeugd heeft gehad en dol was op zijn ouders, waar Angelica (beiden hebben echt bestaan en hun memoires geschreven) cynischer en bitterder was over het leven op Charleston en vooral de relatie met haar moeder.
De lezers van Soldaten huilen niet hebben veel nuttige voorinformatie, die trouwens niet perse noodzakelijk is om dit boek te begrijpen. De samenstelling van de familie en de vriendengroep is snel duidelijk. Angelica is het nakomertje en haar oudere broers Quentin en Julian sluiten haar buiten. Dit boek begint met de verdwijning van Virginia Woolf. De zwijgzaamheid van hun moeder noopt de kinderen te schrijven over hun herinneringen. Dat klinkt misschien niet logisch maar in deze familie is het volstrekt normaal om je gevoelens te uiten op papier of in schilderijen. ‘ chrijven hielp me vaak grip op mijn gedachten te krijgen. Ik wilde op dit moment erg graag grip op mijn gedachten krijgen’, zegt Quentin die namens Angelica haar verhaal schrijft. Die keuze maakt het soms lastig te bedenken wie er aan het woord is. De broer schrijft in de ik-vorm maar het is de zus die centraal staat. De herinneringen worden afgewisseld met kort commentaar (‘ik wist niet dat jij dat zo beleefd hebt’). De verdwijning van Virginia verdwijnt daardoor wat naar de achtergrond en komt pas in het laatste hoofdstuk weer echt naar voren. Wie op de hoogte is van de geschiedenis, weet natuurlijk allang hoe het afloopt.
Cruciaal in April is de wreedste maand is de totaal andere beleving van hun jeugd door broer en zus. Waar Quentin zich gedragen voelt door de familie en Charleston als een warm nest ervaart, heeft Angelica grote moeite haar positie te bepalen binnen het gezin. Ze ervaart de eigenzinnigheid van haar ouders niet alleen maar als prettig en mist waardering en geborgenheid, die ze eerder vindt bij het huishoudelijk personeel. Ze heeft de indruk dat ze niet kan voldoen aan het verwachtingspatroon en uit een soort recalcitrantie verkondigt ze kokkin te willen worden, terwijl haar hart uitgaat naar het toneel. Ze vraagt zich regelmatig af hoe het zou zijn om normale ouders te hebben.
In de vertelling komt de hele Bloomsbury-periode weer aan de orde, met andere accenten dan in het vorige boek. De in de oorlog omgekomen broer Julian speelt een minder prominente rol. De nadruk ligt meer op de moeizame verhouding tussen Vanessa en Viriginia, op de lesbische relatie van laatste en de dreiging van de naderende Tweede Wereldoorlog
De structuur en opbouw kennen wat mankementen en het boek ontbeert spanning. De vraag is of dat een bezwaar is en ik denk van niet. In zijn rustige en prettige en sfeervolle stijl lezer zuigt Kromhout de lezer mee in deze familiegeschiedenis die hem in zijn greep heeft. Hij weet die fascinatie goed over te brengen. Daarin zit de spanningsboog, de broeierigheid van de familierelaties, die veel beter tot uitdrukking komen dan in het eerste deel. April is de wreedste maand
April is de wreedste maand
Rindert Kromhout
Leopold