Een Sinterklaasboek waar geen mijter, zwarte piet, boot of pepernoot in voor komt. Feitelijk ook geen Sinterklaas, al is de vader van de drie jongens die in de pekelton geraken ,de goedheiligman in Wie klopt daar? van Bart Moeyaert. De Vlaamse auteur nam één van de legenden over Sinterklaas en smeedde er een fraai en spannend verhaal van. Met als apotheose een man die aan de deur klopt, want dat hoort, vindt Moeyaert. Er is veel aan de volksverhalen veranderd in de loop der jaren,maar wel wat blijft is dat iedereen blij als hij komt.
In de overlevering is er het verhaal van de drie jongens die door een kwade herbergier in stukjes worden gehakt en in een pekelton gestopt. Sint Nicolaas komt toevallig langs en brengt ze weer tot leven. Moeyaert combineert dit verhaal met dat van drie jonge vrouwen die oorspronkelijk hun bruidsschat niet kunnen betalen. Er is iets met drie in die Sinterklaas-legendes, er zijn ook nog legende over drie ten onrechte veroordeelde soldaten en drie schipbreukelingen. Sinterklaas heeft een obsessie voor het getal 3 wat wordt toegeschreven aan zijn geloof in de drieëenheid van Vader, Zoon en Heilige Geest. Dat staat allemaal niet in dit boek maar ontdekte is toen ik op zoek ging naar achtergrondinformatie bij de legenden.
Moyaert doet een greep uit de volksverhalen en maakt van de kwade herbergier een woedende slager en laat de paden van de drie meisjes, die mager zijn en honger hebben, kruizen met de jongens, die wel vlees aan de botten hebben. Gelukkig worden de jongens niet in stukjes gehakt, maar ze belanden wel in een pekelton. Voor de rest is het een wenig verhullend verhaal van Moeyaert dat, behalve de winterse sfeer, in weinig aan Sinterklaas doet denken. Het is lekker direct met termen als bruut, schoft, loeder en lammeling en als de boer, die zijn jongens aan de slager heeft over geleverd, zegt dat hij niet goed voelt, antwoordt zijn vrouw: ‘Je bent ook niet goed’.
Gerdan Dendooven is zeer productief de laatste tijd en levert met regelmaat nieuw werk af waarvan ik dit één van de betere vindt. De hoekige en robuuste stijl sluit perfect aan bij het rauwe en harde verhaal over armoede en hebzucht waarbij de fijnzinnige tegelsjabloontjes op de binnenkant van het omslag een mooie tegenstelling vormen.
Wie klopt daar?
Bart Moeyaert
Gerda Dendooven
De Eenhoorn