‘De wonderverteller. Over de reizen van Marco Polo’ van Lida Dijkstra. Illustraties: Djenné Fila. Luitingh Sijthoff, 12+
Lida Dijkstra liet in haar eerdere werk al zien dat ze zoveel meer doet dan het eenvoudig bewerken van klassieke verhalen en geschiedenissen. Of het nou om koning Salomo, de Minotaurus, Reinaert de Vos of Toetanchamon gaat, ze vindt iedere keer een verrassende vorm en/of perspectief.
In De Wonderverteller tuigt Dijkstra een constructie op die, hoewel niet nieuw, heel goed werkt. Het perspectief ligt bij een weesmeisje dat als schoonmaakster in de Italiaanse gevangenis werkt waar Marco Polo als krijgsgevangen vast wordt gehouden. Ze is gefascineerd door de reiziger en helpt een andere gevangene aan materiaal om zijn belevenissen op te schrijven. Topina kan zelf niet lezen en smult van de verhalen die ze hoort over andere landen en culturen en de bijzondere avonturen van de ontdekkinsreiziger.
Dijkstra speelt voortdurend met het waarheidsgehalte van de belevenissen van Marco Polo, die door de eeuwen heen zo vaak zijn gekopieerd dat er geen eenduidige versie van is. “Ga er maar van uit dat alles in dit boek echt is gebeurd, behalve de stukken die volslagen verzonnen zijn.” Marco Polo vertelt zijn avonturen vrij sec, maar de romancier vindt dat je best kan fabuleren en teksten wat mag versieren. Elke dorre monnik kan immers een reisverlsag schrijven: de lezer wil actie. Waarop Marco Polo antwoordt: “Okay sensatiezoeker, ik giet er wel een plas bloed overheen”.
Het is een speelse en vrije manier om een verhaal te vertellen dat leerzaam maar allesbehalve didactisch is. Over een tijd waarin veel zaken nog niet zijn uitgekristalliseerd. Misschien is de aarde wel rond? Dijkstra heeft overduidelijk onnoemelijk veel research gedaan, maar het zit nergens in de weg. Daarvoor schrijft ze veel te soepel en bloemrijk. Alleen de informatieve stukjes over dieren die Polo ontdekt, voelen wat overbodig. Lezers van nu weten wel wat een krokodil is. Vooral de wat plagerige sfeer tussen de beide vertellers is goed getroffen en zit op de grens van, zoals Topina het uitdrukt, vrijmoedig en brutaal.
De illustraties van Djenné Fila zijn opnieuw een verrijking en laten zich pas na meerdere kijken doorgronden. Al die verschillende technieken en materialen die ze gebruikt, blijven bijzonder. Alhoewel de verrassin en je moet opassen dat je er niet aan gaat wennen en vergeet hoe bijzonder ze zijn. Sferische beelden die heel goed de tijd laten zien waar het over gaat, zonder dat het een soort oude schoolplaten worden.
Mooi is de impliciete boodschap waarin Dijkstra haar empathie voor het weesmeisje toont door haar te leren dat het leven niet iets is dat je overkomt of waar je geen invloed ophebt. Je kunt opstaan, leren en beter worden.
De De Wonderverteller is misschien wel haar beste boek tot nu toe. Dijkstra laat opnieuw zien hoe goed ze zelf kan vertellen en laat alle verteltechnieken slim samenkomen. Met gedoseerde informatie, humor en rijke taal is dit dit een schoolvoorbeeld van hoe je klassieke verhalen uit het stof kunt halen en op een nieuwe manier tot leven brengt